Inspectie dijken
Niets zo Hollands als een dijk. Stoer en sterk. Om dit zo te houden, controleert het waterschap ieder jaar zowel in het voor- als najaar de dijken op beschadigingen. In vakjargon noemen we dat dijkschouw. Alle waargenomen schades herstellen we zo snel mogelijk.
Jaarlijkse controle
Ieder jaar controleert het waterschap zowel in het voor- als najaar de dijken op beschadigingen. In het voorjaar wordt bekeken hoe de dijken de winterperiode hebben doorstaan, in het najaar hoe ze de winterperiode ingaan. Zo kunnen eventuele schades op tijd worden hersteld. Naast de conditie van de dijken wordt ook bekeken of (delen van) de dijken goed zijn onderhouden door particuliere eigenaren en andere onderhoudsplichtigen.
Verplichte werkzaamheden
Alle onderhoudsplichtigen en eigenaren van dijken, moeten aan een aantal eisen voldoen. Zijn de aanwezige begroeiingen, de grasmat en de oeverbegroeiingen bijvoorbeeld goed onderhouden? Daarnaast mogen op de dijken geen distels, ridderzuring en andere ongewenste kruiden groeien en wordt gecontroleerd of zand, hout, afval en overige voorwerpen zijn verwijderd. Ook het egaliseren van molshopen en het verwijderen van wortels van opkomende begroeiing van bomen en struiken horen in dit rijtje thuis. Daarnaast is het voor de conditie van de dijken belangrijk dat wild, mollen en ander gedierte dat schade kan veroorzaken, wordt bestreden. Zij kunnen zwakke plekken veroorzaken. Voor het overgrote deel voert het waterschap deze werkzaamheden zelf uit, omdat het eigenaar is van de meeste dijken in het werkgebied.
Toetsing
Het waterschap toetst, naast deze halfjaarlijkse ‘dijkencontrole’, elke 12 jaar de kwaliteit van de dijken grondig volgens de regels van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu. Dat is nodig, omdat er altijd wat werking in dijken zit. Steeds worden nieuwe methoden in de toetsing verwerkt, waardoor het waterschap de dijken volgens de nieuwste inzichten beoordeelt. Door de voortdurende wisselwerking tussen toetsing en verbetering blijven de dijken op orde.