De zes uitgangspunten van recreatief medegebruik
De volgende zes stellingen geven kleur aan de manier hoe het waterschap om wenst te gaan met de recreatieve belangen, de omgevingsbelangen en het belang van het waterschap.
De zes uitgangspunten van recreatief medegebruik:
- Onze kerntaak is het waterbeheer. Wij richten ons op waterveiligheid, voldoende water en schoon water. Wij menen dat dat in harmonie kan met recreatief medegebruik. Door een positieve grondhouding en door duidelijk te zijn wat wij wel en niet kunnen betekenen op dit vlak. Als wij zelf actief willen zijn met recreatie, doen wij dat op een manier die bij onze taak, organisatie en kunde past.
- We vinden het belangrijk dat onze eigendommen waar mogelijk recreatief worden (mede)gebruikt. Onze wateren en terreinen hebben een rol bij de uitoefening van onze taken. Daar waar medegebruik door recreanten mogelijk is en het functioneren van het watersysteem niet in gevaar komt, staan wij open voor recreatief medegebruik. Bij werken in en langs ons watersysteem en onze dijken proberen wij het opengestelde terrein en water wat we nu hebben in stand te houden. Ook op locaties waar het watersysteem wordt heringericht of waar grond in gebruik wordt gegeven aan aanliggende eigenaren.
- Rekening houden met elkaars belangen is een belangrijke randvoorwaarde. Recreatieve activiteiten op, in en langs het water gaan veelal in harmonie met de belangen van inwoners, aanliggende grondeigenaren, zoals agrariërs en terrein beherende organisaties en de natuur. Niettemin komen er ook situaties voor waarin recreanten op onze gronden onvoldoende rekening houden met de belangen van onze buren. Of waar onze buren onvoldoende rekening houden met het medegebruik wat wij toestaan op onze eigendommen. Daarvan zijn wij ons bewust en dit heeft de aandacht. Daarnaast hebben wij als waterschap ook rekening te houden met andere belangen. In de Omgevingswetworden bijvoorbeeld.recreatieve routestructuren voor wandelen, fietsen en varen tot infrastructuur gerekend. Die infrastructuur mogen wij niet zondermeer doorsnijden met onze projecten.
- Het recreatief medegebruik van onze eigendommen dient veilig te verlopen. Als waterschap hebben we de verantwoordelijkheid te zorgen voor de nodige veiligheid. Daarnaast willen we graag voorkomen dat wij bij incidenten schadeplichtig zijn. Daarom onderhouden wij de zaken waar wij verantwoordelijk voor zijn goed (bijvoorbeeld geen verrotte overstapjes, voldoende veiligheidsmaatregelen etc.). En zal op locaties waar met enige regelmaat bezoekers komen, duidelijk moeten worden aangegeven hoe eigendommen gebruikt mogen worden. Regelmatig onderhoud aan recreatieve voorzieningen en inspectie op voorziene gevaren is van belang. Schade en ongevallen buiten de opengestelde eigendommen, bijvoorbeeld schade door of aan vee, valt uit jurisprudentie overigens niet toe te schrijven aan de eigenaar van het opengestelde terrein. Als eigenaar met een zorgplicht hebben wij natuurlijk wel oog en oor voor de belangen uit de omgeving.
- Wij nodigen onze partners uit om te komen met plannen en ideeën. Mensen die actief willen zijn voor hun omgeving en willen meedenken, gaan zelf aan de slag met spannende ideeën. Er ontstaan spontaan steeds nieuwe netwerken, met burgers en bedrijven – en overheden. We kunnen de intelligentie van deze energieke samenleving veel beter benutten als we meedoen.
- Wij denken dat een budget voor recreatief medegebruik en een stimuleringsbudget met daarbij een afwegingskader bijdraagt aan succesvol beleid. Met een eigen budget kunnen wij de (financiële) verantwoordelijkheid nemen voor recreatieve voorzieningen die wij wensen. In de huidige situatie zijn de meestal kleinere uitgaven voor recreatieve voorzieningen onoverzichtelijk opgenomen in diverse projecten of exploitatie. Met een stimuleringsbudget moedigen wij inwoners aan om in hun omgeving aan de slag te gaan met de recreatieve ontsluiting van water.